Bogarde speelt die zondagmiddag in maart niet zo’n opvallende wedstrijd, maar schakelt zich aanvallend regelmatig in. Dat doet Bogie – liefkozend zo genoemd in de kleedkamer – al heel het seizoen. Bogarde wordt een jaargang eerder gekocht van Sparta. Er volgt een jaar van wennen en acclimatiseren. Daarna is hij er klaar voor. In seizoen 1995/1996 speelt hij vrijwel alles.

Veel mensen – binnen en buiten Ajax – denken kort na zijn komst dat Bogarde het niet redt in Amsterdam. Hij zou niet bij Ajax passen. Niks blijkt minder waar. In het seizoen na de Champions Leaguewinst is de sterke atleet na Edwin van der Sar de speler met de meeste speelminuten.

“Dit is de eerste,” schreeuwt een uitzinnige Bogarde als Ajax eeuwige rivaal Feyenoord bij de start van het seizoen verslaat in de strijd om de Nederlandse supercup. Niet iedereen vindt dat leuk, maar de verdediger heeft het gelijk simpelweg aan zijn zijde. Er volgen nog vele triomfen en erepodia.

Wat begint met een lichte aversie tegen de eigenzinnige Rotterdammer, vervaagt gaandeweg.

In Tokio zien we hem hossen met de wereldbeker, in het Olympisch Stadion stelt Bogarde – hij maakt de openingstreffer – tegen Real Zaragoza de Europese supercup veilig en op het bordes van de Stadsschouwburg viert hij een vers kampioenschap met supporters. Een nieuwe Champions Leaguefinale gaat helaas verloren.

Als Richel bovenstaande foto maakt, twijfelt niemand meer openlijk aan Bogarde. Wat begint met een lichte aversie tegen de eigenzinnige Rotterdammer, vervaagt gaandeweg. Hij declasseert tegenstanders en Louis van Gaal geeft hem alle vertrouwen. Bogardes overtuigende spel mondt zelfs uit in een prachtig debuut voor Oranje.

Dat seizoen zorgt Bogarde ook voor een van de meest gevleugelde uitspraken in Amsterdam: een Ajacied trekt zijn jasje niet uit. Voorzitter Michael van Praag zegt het nadat de woedende Bogarde in 1996 zijn colbertje uitdeed bij een woordenwisseling met een Spartasupporter aan de achterkant van de Schiettribune van Het Kasteel.

Ondanks dergelijke rafelrandjes, kan de trotse Bogarde niets meer of minder dan een lange neus trekken naar zijn criticasters, al zijn die amper meer te vinden. En terecht.

Dit is een artikel uit onze rubriek Stop de tijd. Wekelijks pakken we een beeld uit het archief van fotograaf Ron Richel, rond de eeuwwisseling de vaste plaatjesmaker van Supportersvereniging Ajax.

Aanbevolen

Stop de tijd: opkijken naar Laudrup tijdens kløteseizoen