Positief nieuws kwam er voor Van ’t Schip over Devyne Rensch. De rechtsback traint weer mee en is beschikbaar om tegen Bodø/Glimt in actie te komen. Branco van den Boomen maakt zijn rentree in de wedstrijdselectie, maar een basisplaats komt voor hem nog te vroeg. En Ahmetcan Kaplan? Die zou een rol kunnen spelen na meerdere positieve optredens in Jong Ajax.

Van ’t Schip liet zonder het hardop uit te spreken wel doorschemeren dat Kaplan niet het konijn uit de hoge hoed wordt. “Kaplan is een ander type speler dan de andere verdedigers. Hij is sterk in de lucht en heeft een goede inspeelpass. Het is een jongen met mogelijkheden, maar we kunnen niet verwachten dat daarmee de defensieve problemen ineens zijn opgelost,” legt Van ’t Schip uit.

De hoofdtrainer is blij dat zijn ploeg vier dagen na de flater tegen sc Heerenveen weer aan de bak mag. Het Europese treffen in de Johan Cruijff Arena is een ideaal moment voor Ajax om zich op te richten. “Een nederlaag brengt altijd teleurstelling met zich mee. De dag erna hebben we dat verwerkt. Donderdag kun we ons revancheren,” antwoordt hij op een vraag van Ajax Life.

Van ’t Schip weet dat de Noorse club een taaie opponent is. “Bodø/Glimt heeft een fysiek sterk team. Ze zijn erg fit en voetballen met een vaste structuur. De intensiteit in hun spel is hoog, met veel rennende spelers. Niet voor niets hebben ze goede resultaten geboekt in Europa. Het is een tegenstander die we moeten respecteren. Het wordt niet makkelijk.”

Aanbevolen

Berghuis predikt nederigheid: ‘We moeten dit toernooi respecteren’

Een terugkerend probleem bij Ajax is de defensieve kwetsbaarheid. Logischerwijs kreeg Van ’t Schip daarom de vraag waarom hij zijn ploeg nooit in een 5-3-2-formatie laat aantreden. Een optie waarmee wellicht wat meer zekerheid kan worden ingebouwd. Een systeemswitch hoeven we volgens de coach echter niet te verwachten.

“We zijn begonnen met een bepaalde manier van werken, waarbij we er continu op hameren hoe we willen spelen. Daar hebben we ook resultaten mee behaald. Natuurlijk zijn er dingen voor verbetering vatbaar, maar het wil niet zeggen dat die punten met een ander systeem plots beter gaan. De meeste spelers zijn bovendien gewend aan een 4-3-3-formatie,” laat Van ’t Schip weten.

“Van daaruit zijn er veel mogelijkheden het op een bepaalde manier in te vullen,” vervolgt de trainer. “We moeten bijvoorbeeld zorgen dat we compact staan en met elkaar tijdig opschuiven naar een kant. Momenteel zijn we vooral bezig dat soort zaken met elkaar te verbeteren.”

Duidelijk was dat dit tegen Heerenveen niet goed uitpakte. “Voor een trainer gaat de ontwikkeling van een ploeg nooit snel genoeg. Na ons optreden tegen PSV hadden we verwacht met iets meer vertrouwen en duidelijkheid aan de aftrap te verschijnen. Maar we hebben een jong team, dat niet altijd de controle heeft over een wedstrijd. Tegen Heerenveen zakten we door een ondergrens. We moeten altijd honderd procent focus hebben. Als we net een stap minder zetten, verliezen we dit soort wedstrijden.”

Betere keuzes maken, onder de druk uit voetballen en een overtal op het middenveld creëren. Het zijn slechts enkele verbeterpunten die Van ’t Schip opsomt. “De jongens moeten dat in het veld ook zien en elkaar erop wijzen. Dan kunnen we een volgende stap maken. We ontwikkelen ons continu. Maar nogmaals, als trainer wil je natuurlijk altijd dat het sneller gaat.”

Aanbevolen

Berghuis beschermt Hato: ‘Zeventien jaar en zo spelen? Petje af!’