• Ajax Life Podcast #128 - Harde lessen in Marseille

De aanvoerder verspeelde de bal op knullige wijze in aanloop naar de eerste penalty voor Olympique Marseille. De thuisploeg schakelde meteen over naar de aanval, waarna er een buiteling plaatsvond in de zestienmeter van Ajax. Jorrel Hato deed niet veel fout, zo leek het, maar daar dacht de arbitrage anders over.

Feit blijft dat Bergwijn de bal nooit had mogen verliezen. Dat vond hij overigens zelf ook, want hij stak na afloop de hand in eigen boezem voor de camera van Veronica. “Ik denk dat er veel meer inzat, als we nog scherper waren. Ook individueel. Ik mag die bal richting de 1-0 niet verliezen. Dat wordt afgestraft op dit niveau.”

Bergwijn moest de beelden nog terugzien, maar vond de twee pingels die Olympique Marseille kreeg wel heel makkelijk gegeven. Natuurlijk werd hij ook gevraagd naar de rode kaart voor Steven Berghuis. “Dat is altijd een kantelmoment. Maar ja, het gebeurt. Ik moet het nog terugzien. Ik kan Berghuis niks kwalijk nemen.”

“Ik denk dat we als team hebben gestreden,” vervolgde Bergwijn met een ietwat mismoedig gezicht. “We komen steeds dichter bij elkaar en lieten bij vlagen goed voetbal zien. Met wat meer geluk, hadden we kunnen winnen. We moeten nu voor overwintering in de Conference League gaan.”

Aanbevolen

Berghuis vindt rode kaart uiterst discutabel en twijfelt zelfs over geel

Na Bergwijn meldde Brian Brobbey zich voor de camera. De spits die tweemaal scoorde, was ook totaal niet te spreken over hoe scheidsrechter Simone Sozza de fluit hanteerde. “Ik was het zeker niet eens met zijn beslissingen. Hij gaf veel te makkelijk geel, vind ik. Die penaltymomenten heb ik nog niet teruggezien, maar bij die eerste denk ik dat Hato zijn tegenstander gewoon voorbijliep.”

“Ik heb ondanks mijn twee goals geen goed gevoel,” klonk het kort en bondig uit Brobbey’s mond. “Je verliest op details. Op het laatste moment geef je een penalty weg. Dat was niet nodig. Ook konden we de wedstrijd eerder beslissen bij die lage voorzet van Anton Gaaei. Ik kon er net niet bij. Dat was heel jammer.”

De inglijdende Brobbey en invaller Chuba Akpom kwamen daarbij net een teenlengte tekort. Akpom was overigens wel weer trefzeker bij zijn invalbeurt. Wederom met het hoofd. “Het is een goede spits, dat liet hij vandaag ook weer zien,” stelde Brobbey, die beaamde dat hij mede daarom meer gefocust aan de wedstrijd begon.

Brobbey liet weten dat hij nog niet is gestart aan de individuele spitsentraining, waar het een paar weken terug nog veelvuldig over ging. “Ik ben nog niet begonnen. Wanneer wel? Wanneer het tijd is,” klonk hij ietwat geïrriteerd. Hij kan sowieso niet veel met de kritiek die hij eerder kreeg. “Ik scoor bijna altijd, dus ja, kritiek, kritiek…”

Als Brobbey wordt geconfronteerd met het feit dat overwinteren in de Conference League nu het hoogst haalbare is voor Ajax, breekt zijn gezicht open. Met een lach: “Ja, dan moeten we daar maar voor gaan.”

Aanbevolen

Van ’t Schip baalt van ‘dubieuze tegengoals’ in Marseille