Hou bij het lezen van deze analyse even een ding goed in je achterhoofd: we hebben het hier puur over cijfers op basis van Sparta - Ajax (1-3). Dat is een wankele basis om keiharde conclusies te trekken, dat snappen we zelf ook. Beschouw deze analyse vooral als een startpunt. Een grondslag om later nog eens op terug te kijken.

Laten we beginnen met een opvallend getal. 36. Slechts 36 keer pakte een Ajacied de bal af van een Spartaan. Het gebeurde onder De Boer slechts vier keer dat een lagere score werd genoteerd. Toch steekt het gehele plaatje al met al logisch in elkaar.

Het percentage balbezit voor Ajax bedroeg maar liefst 74,4 procent. Dat is sinds april 2014 niet zo hoog geweest. En bij de andere wedstrijden waarin Ajax vrijwel constant de bal in bezit had, stonden er een heleboel andere spelers op het veld. Kijk maar naar de data in Tabel 1.

Als je zo vaak aan de bal bent, hoef je 'm amper nog terug te veroveren. Een hogere score is haast onmogelijk. Het is daarom moeilijk hier nu de 'hand van Bosz' in te zien, maar misschien denken we er later in het seizoen anders over. Het zou trouwens fijn zijn als blijkt dat dit inderdaad het geval is.

Tijd om door te schakelen naar de veldbezetting en het spel van Ajax in balbezit. Daarvoor maken we gebruik van passdiagrammen, die zijn gemaakt door de mannen van Opta Sports. We leggen Sparta-uit naast het uitduel met NEC-uit (0-2) van augustus 2015. NEC was toen net teruggekeerd in de eredivisie.

Afbeelding 1: passdiagram van NEC-uit 2015 (links) en Sparta-uit (rechts). Mobiel geldt boven/onder.

Zoals je kunt zien, werden tegen Sparta de flanken en het middenveld een stuk meer betrokken bij het spel dan vorig seizoen gebeurde tijdens NEC-uit. Als je kijkt naar de gemiddelde posities van de middenvelders – check de bolletjes – bleken de Ajacieden het spel beter breed te houden en ook stond vooral het middenveld verder voorwaarts.

Tot zo ver de vergelijkingen op basis van een losse wedstrijd. Laten we het spel van Ajax nu eens leggen over de blauwdruk die we kennen van het Vitesse van Bosz. Dit geeft een goede indicatie van waar de trainer voor staat en hij was met Vitesse ook nog eens actief in de eredivisie.

In het laatste volledige seizoen (2014/2015) met Bosz als trainer was Vitesse de club met de meeste schoten op doel, de meeste gecreëerde kansen en de meeste succesvolle passes in de laatste dertig meter van het veld. Wat blijkt na de openingsronde van voetbaljaar 2016/2017? Ajax was met 128 passes de meest actieve ploeg in de laatste dertig meter van het veld.

Het aantal van 128 staat ook niet helemaal op zichzelf. Dit werd vorig seizoen onder De Boer slechts een keer overtroffen, toevallig in de thuiswedstrijd tegen NEC. Je weet wel, toen Ajax gelijkspeelde (2-2) en de koppositie vergat over te nemen. Toen werd 176 keer met de bal geschoven in de derde fase.

Nogmaals, bovenstaande verhaal is vooral een indicatie. Het is een voorzichtig inkijkje in wat we dit seizoen onder Bosz van Ajax kunnen verwachten. Het seizoen is pas net begonnen. Grote kans dat we op de hierboven genoemde facetten nog teruggrijpen als het seizoen serieus onderweg is.