Het gebeurt wel eens dat Ajax spitsen haalt die in Jong Ajax moeten wennen aan het grote werk, maar Dolberg stoomt gewoon door. En dan te bedenken dat hij in de jeugd bij Silkeborg IF niet eens een echte spits was, maar vaak als linksbuiten speelde.

Het idee dat Dolberg linksbuiten speelde, lijkt voorgoed opgeborgen. Ajax is blij met zijn nieuwe spits en waar Peter Bosz geregeld aanhaalde dat Ajax voorzichtig met de Deen moet omspringen, speelde hij tot nu toe alle belangrijke wedstrijden.

Pas als Dolberg drie keer in de week negentig minuten lang moet vlammen, wordt het een moeilijk verhaal. Op negentienjarige leeftijd is dit volkomen logisch. Verder merk je niets aan hem. En terwijl iedereen uit zijn dak gaat na weer een prachtige goal, rent hij koeltjes weg en vergeet bijna zijn hand in te lucht te steken.

Na zijn fantastische hattrick tegen NEC (5-0) meldde Dolberg zich ook nog eens aan kop van de topscorerslijst, al moet hij de eerste plaats wel delen met Enes Ünal (FC Twente) en Nicolai Jørgensen (Feyenoord). Op zich geven we er niet zo veel om wie er topscorer wordt – Ajax werd jaren kampioen zonder topscorer – maar in het geval van Dolberg is er iets bijzonders aan de hand.

Tabel 1: Overzicht van conversie van geselecteerd aanvallers in eredivisie 2015/2016.

Laten we eerst de schotconversie van Dolberg eens vergelijken met andere aanvallers uit de eredivisie. Conversie betekent schoten minus geblokte pogingen die een goal opleveren. Het gaat in tabel 1 niet om een ranglijst, omdat de mannen van Opta Sports zelf een groepje aanvallers selecteerden, maar het is duidelijk genoeg om ons punt te maken: grote kans dat Dolberg scoort als hij het doel onder vuur neemt. Wout Weghorst springt er echt bovenuit, maar een conversiepercentage van 44 procent valt niet vol te houden.

Tabel 2: Overzicht van nauwkeurigheid van geselecteerd aanvallers in eredivisie 2015/2016.

Als we in tabel 2 kijken naar schotnauwkeurigheid, liggen de cijfers al een stuk dichter bij elkaar. Bij nauwkeurigheid gaat het om het percentage van het aantal schoten op doel wat tussen de palen eindigt. Wat hierbij opvalt, is dat Dolberg en Bertrand Traoré dezelfde nauwkeurigheid noteren. Toch is Dolberg de grote man in de spits – hij scoorde in vier wedstrijden met zijn eerste schot op doel  – en moest Traoré uitwijken naar de rechterkant. Dat zegt wel iets.

Tabel 3: Een vergelijking van het aantal doelpogingen van de aanvallers van de topdrie.

Het wordt nu tijd om de doelpogingen van Dolberg te vergelijken met die van de spitsen van de concurrentie. Dolberg schiet veel minder op doel dan Jørgensen (Feyenoord) en De Jong (PSV), zo blijkt uit tabel 3. Dit laat zich eenvoudig verklaren omdat hij van dit trio het minst speelt. Dolberg had dus veel minder pogingen nodig om net zo vaak te scoren als de Deen die de aartsrivaal dient en de cijfers van De Jong lijken op dit moment helemaal nergens naar.

Afbeelding 1: Een overzicht van de acht assists bij de acht doelpunten van Dolberg.

Ook bijzonder: er zijn drie spelers die dit seizoen acht keer scoorden, maar Dolberg is de enige die ook acht keer door een medespeler werd bediend. Bekijk de pijltjes op afbeelding 1 maar eens goed. Dit zegt iets over de rol die Dolberg speelt binnen het elftal: hij profiteert graag van mooie passjes en voorzetten. Hetzelfde gebeurde bij zijn treffers in de Europa League, tegen Standard Luik en Celta de Vigo.

Het zegt ook iets over het elftal wat Bosz heeft samengesteld. Er zit veel meer voetbal in dan de laatste jaren het geval was. De komst van Hakim Ziyech heeft hiermee te maken, maar ook de spelopvatting. Voorheen waren de backs bij Ajax het vaakst aan de bal, tegenwoordig gaan de meeste passes weer vooruit in plaats van in de breedte.

Het is ook niet zozeer dat Dolberg als een soort Stefan Pettersson in de spits staat en de ene na de andere bal kaatst. Hij is zelfs helemaal niet zo vaak aan de bal. Tegen NEC noteerde hij slechts 47 balcontacten. Net zo veel als invaller Jairo Riedewald, die maar een krap halfuur meedeed. Dolberg is een eindstation, een spits die wordt vrijgespeeld en koelbloedig afrondt.

Over zijn loopacties hoorden we op VI Radio een interessante beschouwing. In het kort: als de bal aan de zijkant is, staat Dolberg in de rug van de tweede centrale verdediger. Komt de bal richting de zestien? Dan volgt een diagonale loopactie, zodat tegenstanders moeten kiezen tussen hem of de bal, aangezien er ruimte ontstaat voor buitenspelers die een actie inzetten. Dit keuzemomentje is voor Dolberg voldoende om de vrijheid te veroveren die hij nodig heeft, waarna een doelpoging volgt.

Klik hier om het hele item op VI Radio te beluisteren, waarbij ook een tweede loopactie van Dolberg onder de loep wordt genomen.

Dolbergs gevoel voor ruimte, goede bediening vanaf de vleugels of vanuit zijn rug en de koelbloedigheid voor het doel; het is mix die uitstekend werkt voor club en speler. Maar de nieuwe Van Basten, net zo goed als Zlatan en de beste Ajaxspits sinds Kluivert? Dat bekijken we over een tijdje nog wel een keer.