Opportunisme leek het toverwoord na de 0-0 in de midweekse wedstrijd tegen Heracles. De bal moest sneller voor het doel komen. Daarom is het niet gek dat De Boer tegen Roda JC (2-2) Van Rhijn opstelde als vervanger van de geblesseerde Tete. “Het zit in me dat ik de bal er graag in gooi als ik in de positie kom,” zegt hij in gesprek met onder andere Ajax Life.

Het leverde alleen niet het gewenste resultaat op. “Het is wel leuk als de bal daar komt, maar dan is het wel zaak dat er voldoende mankracht is om daar wat te creëren. En ook vanuit de tweede bal, als-ie eruit valt om daar weer aangesloten te staan.”

Een echte verklaring heeft Van Rhijn niet voor het gebrek aan spelers voor het doel. Of de rest van het team misschien vergeten was hoe Van Rhijn speelt door zijn lange afwezigheid? “Ik hoop dat de meesten wel weten dat ik die bal aardig voor kan slingeren. Dan weet ik niet precies waaraan het ligt dat er geen mankracht is.”

Dat is het aanvallende gedeelte, in beginsel staat Van Rhijn natuurlijk in het veld om te verdedigen. En helaas was er een moment dat even besproken moest worden na de wedstrijd. De voorzet waaruit Rydell Poepon de aansluitingstreffer maakte, kwam van de tegenstander van Van Rhijn.

Hij vindt niet dat de 2-1 geheel aan hem ligt. “Er is een x-aantal facetten waarbij het ook vooraf al misgaat. Natuurlijk is het zaak dat ik die voorzet eruit haal, dat is iets wat je wilt doen als back. Maar goed, je weet ook wel dat je van de honderd keer dat je een tegen een komt je niet honderd keer die voorzet eruit kunt halen.”

“Het is wel het streven, maar het is ook wel zo dat ik onnodig in die positie kom. In een paar momenten daarvoor veroveren twee, drie keer de bal op het middenveld en daarna weer knullig verliezen, waardoor we teruggedrongen worden en in die situatie komen. Het is uiteindelijk een teamtegengoal die je tegen krijgt, natuurlijk had ik daar ook graag wat meer tegen willen doen.”