Bij de nationale ploeg van Mexico wordt Álvarez vooral ingezet als centrale middenvelder, terwijl zijn rol in Amsterdam wat meer op het verdedigen geënt is. In eerste instantie haalde de club hem dan ook als centrale verdediger met de kanttekening dat hij ook als rechtervleugelverdediger en op het middenveld uit de voeten kan.

Hoewel hij in die rol nog niet schittert, is hij niet ontevreden met wat er van hem gevraagd wordt bij Ajax. “Voor de centrale verdedigers spelen maakt me beter. Het laat me meer verdedigend denken. Bij Ajax vragen ze me andere dingen te doen,” stelt de Mexicaan tegenover TUDN, terwijl hij tegelijk zegt te hopen zich goed te kunnen ontwikkelen op die positie.

Om zich op die positie te kunnen ontwikkelen, is het zaak minuten te maken en precies daaraan schort het nog altijd een beetje. Hij speelde inmiddels tien duels in de eredivisie, waarvan vijf als invaller. In Europees verband deed hij wel flink van zich spreken, vooral door zijn treffers tegen APOEL Nicosia en Lille. De vingers gingen in de oren en zijn kunstje werd opgevoerd. Maar toch, echt doorpakken lukte niet.

Kortom, er is werk aan de winkel en daar is Álvarez zich prima van bewust. “Ik moet blijven trainen, honderd procent blijven geven. Zoals ik bij Club América en bij de nationale ploeg altijd deed. Het zijn beslissingen die de technische staf maakt, maar soms lastig te begrijpen zijn. Maar ik blijf kalm,” stelt de rechtspoot over zijn speeltijd in Amsterdam, of het gebrek daaraan.

• Fotoverslag: Van the Wizard of Mokum tot Slagerij Martínez

In De Telegraaf zet hij die woorden kracht bij: “Ik wil slagen, op de positie waarvoor ik ben gehaald: centraal achterin. En ik weet dat ik dat kan. Voor mijn gevoel kan ik iets aan het elftal toevoegen. Ik denk ook dat ik met mijn ervaring een rol kan spelen in de titelrace en de Europese wedstrijden tegen Getafe.”

Dat Álvarez tijd nodig heeft en nog geen onbetwist basisspeler is in Amsterdam bleef over de grenzen niet onopgemerkt tijdens de winterstop. “Er waren twee grote Europese clubs die me wilden huren, maar een verhuur was voor Ajax onbespreekbaar en voor mij ook, omdat ik hier nog niet klaar ben.”

Toch speelt er op de achtergrond meer dan alleen het sportieve aspect. Het zijn moeilijke maanden geweest voor de jonge speler, want hij moet zijn vriendin Sofia en dochtertje Valentina al sinds pakjesavond missen vanwege immigratiekwesties.

In de Telegraaf stelt hij te hopen dat de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) snel zorgt dat hij snel wordt herenigd met zijn gezin, want in Nederland is de regel dat ongehuwde buitenlandse stellen pas herenigd kunnen worden als man en vrouw 21 jaar zijn.

Het is een regel die in het leven is geroepen om te zorgen dat er geen misbruik wordt gemaakt van het vergunningen- en uitkeringsstelsel. Maar ja, in het geval van Álvarez zal van dergelijk misbruik natuurlijk geen sprake zijn, gezien het salaris dat hij in Amsterdam opstrijkt. De Ajacied hoopt dan ook dat dit kwartje snel valt bij de IND.

“De mensen hier weten niet hoe moeilijk het is voor een jonge jongen om zo ver van huis te zijn zonder familie. Latino’s hebben over het algemeen een warme familieband en mijn familie is mijn alles. Ik wil mijn vrouw en kindje hier. Mijn ploeggenoten van Ajax merken dat en geven me ontzettend veel steun.”