Het is altijd leuk om in te zoomen op een seizoen waarin zo veel goed ging. Dus waarom zouden we dat laten? Precies, daar is geen enkele reden voor, dus we struinden eens rond op het digitale huis van de eredivisie. Maar waar zullen we eens mee beginnen? We moeten de boel toch een beetje onderverdelen voor het overzicht….

Aanvallend vernuft
Als we eens bekijken welke club de meeste doelpogingen ondernam, treffen we Ajax bovenaan de lijst. De ploeg van Erik ten Hag probeerde maar liefst 532 keer het vijandelijke doel onder vuur te nemen. Daarvan gingen 238 pogingen naast of over, waren er 294 op doel gericht en vlogen er 119 binnen.

Van al die doelpogingen was Hakim Ziyech de Ajacied die het vaakst betrokken was. De spelmaker ondernam maar liefst 111 keer een poging, waarvan er 52 naast of over gingen, er 59 op doel gericht waren en er 16 raak waren.

Ziyech was sowieso op dreef, want hij was samen met Dusan Tadic verantwoordelijk voor een vracht aan gecreëerde kansen en assists. Beide aanvallers lieten een medespeler 13 keer scoren. Overigens kunnen Ajaxtargets Steven Bergwijn en Martin Ødegaard eveneens trots zijn, want zij gaven ieder 12 assists.

Luuk de Jong dacht op de laatste speeldag nog een persoonlijk succesje te boeken, maar moest op de valreep de topscorerstitel delen met Tadic. Beide aanvallers maakten maar liefst 28 doelpunten. Los van de treffers creëerde Tadic in totaal overigens zo’n 90 kansen en Ziyech zelfs 106.

Ook bij doelpunten uit directe vrije trappen staat een Ajacied bovenaan en dan weten jullie vast over wie we het hebben. Natuurlijk! Lasse Schone mikte drie maal raak en eindigde daarmee bovenaan in het klassement, al moet hij de toppositie delen met Youssef El Jebli van De Graafschap. Ødegaard schoot twee vrije trappen binnen.

Ajax is overigens niet alleen kampioen van Nederland, maar ook kampioen balbezit. We noteren een gemiddelde score van 63 procent. VVV-Venlo draagt de rode lantaarn met 41 procent.

Overtredingen en persoonlijke duels
Eens zien welke Ajacied de meeste overtredingen maakte in de eredivisie. Dat blijkt nog goed zoeken! We komen de eerste speler van Ajax pas tegen op plek 41! Het is Nico Tagliafico. Hij beging 36 keer een overtreding en kreeg vier maal een gele kaart voorgeschoteld.

Overigens moest de Argentijn veel vaker incasseren. Tagliafico was maar liefst 59 keer slachtoffer van een overtreding op zijn persoon. Het mooie aan de linksback is echter dat hij daar nooit een punt van maakt. Hij deelt uit, maar incasseert net zo makkelijk.

Van de achttien clubs in de eredivisie beging Ajax als team zo’n beetje de minste overtredingen: 334 stuks. Alleen Excelsior hield het beschaafder op het veld met 329 charges. Koploper in het overtredingenklassement is FC Emmen. De Emmenaren werden 455 keer afgefloten voor een overtreding.

Als we kijken naar het winnen van persoonlijke duels, zien we dat PSV’er Luuk de Jong de eerste plek bezet. Hij won 406 duels en verloor er 300. Frenkie de Jong volgt op plek 22 met 197 gewonnen en 116 verloren duels. Tagliafico zien we op positie 24 met 195 gewonnen en 147 verloren duels.

Een wellicht opvallende naam zien we in het klassement met de meeste intercepties. Talent van het Jaar Noussair Mazraoui eindigde daarin bovenaan met 48 intercepties op zijn naam. Dat is toch een fraai lijstje om aan te voeren, zo lijkt ons.

Speelminuten, wisselbeurten en balcontacten
De Ajacied met de meeste speelminuten in de afgelopen eredivisiejaargang is Daley Blind. Hij stond 2973 minuten op het veld, op de hielen gevolgd door zijn aanvoerder Matthijs de Ligt. De captain volgt op onwijs korte afstand met 2970 speelminuten.

De meest gewisselde Ajacied is Schöne. De middenvelder werd 16 keer voortijdig naar de kant gehaald, al stond hij wel gewoon 27 keer in de startopstelling. Schöne komt altijd bovendrijven en was ook afgelopen seizoen een naam die Ten Hag redelijk blind invulde. Zowel Europees als nationaal.

De Ajacied die de omgekeerde weg het vaakst bewandelde, is Kasper Dolberg. De Deense spits begon veel vaker dan hem ongetwijfeld lief was op de bank en viel maar liefst tien keer in. Het vaakst van alle Ajacieden.

De speler met de meeste balcontacten in de eredivisie is een Ajacied: wederom treffen we hier de naam van Blind. Het teruggekeerde kind van de club beroerde maar liefst 3188 keer de bal. Ook is Blind de meest succesvolle passer in de eredivisie als je puur kijkt naar aantallen: 2412 ballen kwamen op de plek van bestemming aan. We noteren dan een passnauwkeurigheid van 86 procent.

Frenkie volgt op de tweede plek met 2250 succesvol verstuurde passes. Een stuk minder dus dan Blind, maar daarentegen is de passnauwkeurigheid van de toekomstig Barcelona-speler nog hoger. We noteren maar liefst een percentage van 91 procent... Daar gaan ze in Spanje nog lol aan beleven.

Het is ook altijd aardig om eens een blik te werpen op het dribbelklassement. Welke eredivisiespeler ondernam de meeste dribbels? Daarvoor moeten we in Utrecht zijn. Gyrano Kerk deed het 206 keer en was daarbij 107 maal succesvol. We noteren daarbij een percentage van 52 procent succesvol uitgevoerde dribbels.

Waar treffen we de eerste Ajacied? Op plek drie ontwaren we Ziyech. De Ajacied van het Jaar begon 170 keer aan een dribbel, waarvan er 76 goed afliepen. Daar valt een succespercentage van 45 procent aan te hangen.

Ook in dit klassement scoren Bergwijn en Ødegaard overigens prima. Bergwijn ondernam 167 keer een dribbel, waarvan er 106 succesvol waren. Een percentage van 63 procent. Ødegaard gooit daar met 64 procent een procentje bovenop. Hij begon 160 keer aan een dribbel en was daarbij 102 keer succesvol.

Onana-na-na-na
Het is ook best geinig om even in te zoomen op onze sluitpost. Doelman Andre Onana bracht in totaal 80 keer redding in de 2921 minuten dat hij onder de lat stond. Maar liefst 15 maal hield hij zijn hok schoon en in totaal moest hij 27 keer de bal uit het net rapen.

Ook de passnauwkeurigheid van de doelman is het benoemen waard. Hij gaf 790 passes, waar er 598 bij een teamgenoot aankwamen. Een passnauwkeurigheid van 76 procent is natuurlijk echt niet verkeerd, zeker omdat je als keeper de lange bal nogal eens speelt.