We zijn eraan gewend dat Ajax voetbalt vanuit balbezit, maar zelfs voor Amsterdamse begrippen is een percentage van 88 procent ongekend. Toch had Roda aan 12 procent balbezit genoeg om terug in de wedstrijd te komen. Ineens, uit het niets, terwijl het tot dat moment amper serieus meedeed.

“Als wij de bal verspeelden, schoot Roda 'm over de zijlijn of terug naar onze verdedigers. We doen ons best om te voetballen volgens de vijfsecondenregel, maar die kon niet eens werken. We kregen alle ballen direct terug. Alleen balbezit is echter ook niet alles,” vertelt Riedewald aan Ajax Life.

“Er is een gevaar als je constant de bal hebt. Dan denk je: we krijgen 'm toch wel weer terug. Toch kan de bal ook een keer goed vallen als je 'm alleen maar wegschiet. Dat ga je altijd blijven houden. We moeten zorgen dat we niet meer nonchalant zijn. Want met alle respect: tegen Roda horen we niet zo veel kansen en goals tegen te krijgen.”

“Ik denk dat we veel teams tegenkomen die spelen zoals Roda doet. Dat is normaal als je bij Ajax speelt. We moeten wapens hebben om ons hiertegen te weren, alert zijn als de tegenpartij countert. Het is een groot gevaar dat je minder scherp verdedigt als je veel de bal hebt. Maar dat kan niet, tegen wie je ook speelt.”

Het gekke is: vorig seizoen was het de grote kracht van Ajax om op 'de nul' te spelen, nu staat de teller al op drie. En bedenk hier even bij dat is gespeeld tegen Sparta en Roda. “Dat is statistisch niet ideaal,” erkent Riedewald. “Het ligt aan onszelf. Maar iedereen staat achter onze speelwijze. We moeten het zo goed mogelijk uitvoeren. Dat lukte soms niet, dan wordt ook Roda gevaarlijk.”

“Honderd procent balbezit is een utopie. We kunnen niet alleen op balbezit spelen en zullen altijd counters tegen blijven krijgen. Als je zoals nu 2-2 speelt tegen Roda, moet je dat meenemen en herkennen, zodat je ervan leert. Bij een volgende wedstrijd moeten er twee of drie spelers opstaan en zeggen: weet je nog wat er tegen Roda gebeurde? Dat overkomt ons nu niet weer.”