Dreigende schorsingen zijn al weken een onderwerp van gesprek en al weken pakken de middenvelders van Ajax geen gele kaarten. En dus kan Frank de Boer volgende week tegen De Graafschap, los van blessures, over al zijn spelers beschikken.

Gudelj heeft het vaker gezegd: hij is volwassen genoeg om geen kaart te pakken, maar eveneens volwassen genoeg om aan noodrem te trekken als dat moet. Zijn duels tegen Hakim Ziyech – toch als een van de beste middenvelders in de eredivisie gezien – brachten de Ajacied niet in gevaar. Wat de vorm van de Ajacied ook maar weer eens onderstreept.

“Bij balverlies zat ik kort op Ziyech, bij balbezit liep ik over hem heen. Dat ging wel aardig,” concludeerde Gudelj zelf bescheiden tegenover Ajax Life. Al zag de middenvelder zijn directe tegenstander wel een paar keer gevaarlijk worden, vooral met afstandsschoten.

Gudelj had vooral veel oog voor de positie van de Ajacieden bij balbezit. Juist omdat spelers als Ziyech en ook Cabral een broertje-dood hebben aan meeverdedigen. “Je weet dat FC Twente spelers heeft die niet graag omschakelen. Als wij de bal verliezen, peren zij 'm naar voren. Als we dan niet goed staan, sta je zomaar in ondertal. We bleven er scherp op dat te voorkomen.”

En daarvoor was ook wel even een gesprekje nodig met jongeling Vaclav Cerny in de rust. De Tsjech schoot Ajax heerlijk op 1-0, maar leverde ook een paar keer de bal slordig in, waardoor de tukkers konden counteren.

“Hij zit naast me in de kleedkamer, dus ik heb in de rust even met hem gepraat,” aldus Gudelj. “Ik zei: blijf doen wat je doet, maar als je naar binnen trekt, geef dan geen breedtepass. We gaan allemaal over de bal heen, dan moet je geen risico nemen. Of met volle overtuiging passen, of openen op de linksbuiten. En ook niet de actie aangaan als je twee man om je heen hebt staan. In de tweede helft maakte hij daarin betere keuzes.”

Pas na de 2-0 was het verzet van Twente – dat eigenlijk nergens meer om voetbalde – gebroken en liep Ajax rap uit naar 4-0. Dat de tukkers alleen nog voor spek en bonen meedoen de laatste speelronden, maakte het geen gemakkelijkere tegenstander voor de ploeg die nog volop voetbalt om de titel, stelt Gudelj.

“Ploegen die nergens om spelen, kunnen juist gevaarlijk zijn. Ze zijn minder bang om balverlies te lijden. Met spelers als Ziyech en Cabral is Twente dan juist levensgevaarlijk. Je zag wel dat na de 2-0 bij hun de koppies gingen hangen.”

Volgende week speelt Ajax wederom tegen een ploeg die slechts om de eer speelt. De Graafschap is zeker van de zeventiende plek. Dat de ploeg nog nacompetitie moet spelen, is misschien juist wel gunstig voor Ajax, vindt ook Gudelj.

“Ik hoop dat de spelers van De Graafschap graag heel willen blijven voor de nacompetitie, en dat de trainer misschien wat spelers spaart. Maar wij moeten daar gewoon winnen. Natuurlijk ligt de druk bij ons, maar dat is vaker zo. En als je kampioen wilt worden, moet je daar mee om kunnen gaan.”