Bosz: “Je hebt het er van tevoren over. Wanneer heeft Cambuur een kans? Als ze een ploeg tegenover zich treffen die er niet volle bak voor gaat. Nou, als je ziet hoe wij beginnen, hoe slap, hoe wij de duels verliezen, hoe we niet aan voetballen komen, hoe we in een laag tempo spelen, de bal vier of vijf keer raken... Dan slaat dit helemaal nergens op. En dan roep je dit over jezelf af.” 

De trainer geeft toe dat Cambuur dit bekerduel terecht heeft gewonnen. Niks op af te dingen. Wat kon hij nog doen, behalve van ellende figuurlijk zijn schoenen kaal trappen? “Als je zo begint aan een wedstrijd, is dat zo moeilijk om te draaien. Je probeert dat in de tweede helft met drie wissels. Dan scoren we nog vrij snel. En is er behoorlijk wat tijd over. We kregen nog wel drie kansen, maar over de hele wedstrijd hebben we terecht verloren.”

Raar. Zeker na Willem II-thuis en de duels met Standard Luik en Panathinaikos met goede, beloftevolle spelers. “Dat is inderdaad de vraag,” stelt Bosz. Hij wil niet teveel daarover zeggen, want dat wordt dan gissen en krijg je aannames. Wel dit: “Als je dingen ziet die niet goed gaan bij spelers, maakt dat ook veel duidelijk voor een trainer. Zeker als je ziet hoe sommige spelers door een ondergrens zakten.” 

Maar we moeten door. Zondag wacht PSV. Na debacles tegen Twente en Cambuur. “Dit was een slechte week. Laten we zorgen dat PSV daarbuiten valt. Dat moet,” besluit Bosz.